8 november 2024

Wat met nog op te nemen vakantiedagen?

De Belgische vakantiewetgeving bepaalt dat een werknemer zijn wettelijke vakantiedagen dient op te nemen voor het einde van het vakantiejaar. De werknemer heeft dus de verplichting om tegen 31 december 2024 alle wettelijke vakantie op te nemen die hij in 2023 heeft opgebouwd.


Overdracht wettelijke vakantie

Wettelijke vakantiedagen overdragen is volgens de wet niet toegestaan. Een bediende die zijn vakantiedagen niet opneemt is deze simpelweg kwijt. Hij kan zijn werkgever dus niet vragen om de niet-opgenomen vakantiedagen uit te betalen.

Voor arbeiders ligt dit anders. Zij ontvangen hun vakantiegeld van de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie en dit vakantiegeld blijft verworven, ook als ze niet al hun vakantiedagen opnemen.


Verplichtingen werkgever

Als werkgever heb je wel de plicht om ervoor te zorgen dat je werknemers hun vakantie tijdig opnemen. Het niet nakomen van deze verplichting kan administratieve en strafrechtelijke geldboetes met zich meebrengen.

In de praktijk dien je ervoor te zorgen dat je je werknemers voldoende informeert dat ze tijdig hun openstaande vakantiedagen moeten opnemen. Indien je werknemer, ondanks jouw meldingen, toch beslist om niet al zijn dagen op te nemen, dan loop je geen risico op de boetes.


Onmogelijkheid opname vakantiedagen

Als de arbeidsovereenkomst van je werknemer geschorst was, bv. door langdurige ziekte, of als je werknemer door overmacht zijn vakantie niet kon opnemen, dan moet je als werkgever het saldo van de niet-opgenomen wettelijke vakantiedagen uitbetalen.  


Extralegale vakantiedagen

De wetgeving voorziet niet in een wettelijk kader voor extralegale vakantiedagen. Dat betekent dat je als werkgever zelf de spelregels bepaalt en kan vastleggen dat bovenwettelijke vakantiedagen overgedragen kunnen worden. Deze spelregels leg je best vast in het arbeidsreglement.


Arbeidsduurverminderingsdagen

Arbeidsduurverminderingsdagen (ADV-dagen) zijn verlofdagen die worden toegekend om de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur voorzien in het paritair comité of de onderneming na te leven. Bijvoorbeeld, de gemiddelde arbeidsduur is bepaald op 38 uur per week maar de werknemers werken effectief 40 uur per week. Zij hebben recht op 12 ADV-dagen  zodat de gemiddelde arbeidsduur van 38 uur per week over een periode van 12 maand gerespecteerd wordt.

Deze ADV-dagen moeten opgenomen worden in een referentieperiode die maximum één jaar bedraagt. Die periode moet niet noodzakelijk samenvallen met een kalenderjaar.

De referentieperiode wordt bepaald door een collectieve arbeidsovereenkomst in het paritair comité, door een overeenkomst in de onderneming of via het arbeidsreglement. Zelfs wanneer er een collectieve arbeidsovereenkomst (in de sector of onderneming) bestaat, is de werkgever verplicht om de bepalingen omtrent de arbeidsduur in het arbeidsreglement op te nemen.

keyboard_arrow_up

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

{{ popup_title }}

{{ popup_close_text }}

x