3 maart 2023

Provisie vakantiegeld 2023

Werkgevers leggen op het einde van het boekjaar een provisie aan voor de betaling van het vakantiegeld van het volgende jaar. Voor het vakantiegeld dat de werkgever betaald in 2023 (op basis van de prestaties van 2022) mag hij in het algemeen in de balansen provisies boeken op 31 december 2022. Dergelijke provisies worden tot een bepaald percentage als beroepskost aanvaard voor het jaar waarin de voorziening aangebracht is.

De provisies voor het vakantiegeld van 2023 worden als beroepskost aanvaard als ze niet meer bedragen dan:

  • 18,20 % van de vaste en variabele bezoldigingen die in 2022 zijn toegekend aan bedienden die het voordeel van de jaarlijkse vakantiewetgeving genieten, verminderd met het aanvullend vakantiegeld (Europsese vakantie) dat in 2022 is toegekend. Er wordt enkel rekening gehouden met de normale en periodieke bezoldigingen, met uitzondering van het vakantiegeld en de eindejaarspremie;
  • 10,27 % van het op 108% berekende loon dat in 2022 werd toegekend aan arbeiders en leerlingen die het voordeel van diezelfde wetgeving genieten.

Het flexiloon en flexivakantiegeld dat in 2022 werd toegekend aan flexi-jobwerknemers wordt niet opgenomen in de berekeningsbasis. De werkgever moet tenslotte het flexivakantiegeld samen met het flexiloon uitbetalen.

keyboard_arrow_up

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

{{ popup_title }}

{{ popup_close_text }}

x